Marie
Arts bij de Alarmcentrale
“Mijn kennis van de algemene geneeskunde groeit elke dag.”
“Mijn kennis van de algemene geneeskunde groeit elke dag.”
In 2015 studeerde Marie af als arts. Ze volgde de opleiding tot tropenarts en ging aan de slag in Malawi. Eenmaal terug in Nederland werkte ze onder andere op de SEH en op afdelingen kinder- en brandwondengeneeskunde. Over het genezen van brandwonden geeft ze via een stichting nog regelmatig trainingen in West-Afrika. Dat doet ze naast haar baan bij de ANWB. “In april ben ik weer in Sierra Leone geweest. Heel fijn dat ze hier meedenken over hoe ik het kan combineren.”.
De bevlogenheid voor al haar medische werk spat er vanaf bij Marie. De dynamiek spreekt haar aan, maar meer stabiliteit en een goede werk-privébalans waren welkom. Op een tropenartsenborrel ging het balletje rollen. "Een collega die ook in Malawi was geweest vertelde me dat ze tegenwoordig bij de ANWB werkt en dat het echt fantastisch is. Vaste werktijden, een pauze tussendoor, de mogelijkheid tot thuiswerken, om vijf of zes uur klaar zijn met je werkdag en slechts af en toe een bereikbaarheidsdienst. Ik wist helemaal niet dat er bij de ANWB zo'n baan bestond. Het klonk mij heel goed in de oren en dus besloot ik te solliciteren."
Dit bleek onverwachte voordelen te hebben. Want behalve tropenarts is Marie is ook een enthousiast surfer. "Ik kan vaak voor werktijd nog even het water in; zo'n perfecte start van de dag! Toen ik nog in het ziekenhuis werkte, wilde ik dit wel, maar kwam ik er eigenlijk nooit aan toe; dit is voor mij zo de perfecte werk-privé balans."
Ook al werkt ze er pas kort, Marie’s eerste indrukken zijn positief. “Op een werkdag krijg ik allerlei medische dossiers onder ogen van vakantiegangers. Mensen overkomt van alles op reis. Variërend van een herseninfarct tot een beet van een vreemd dier.”. Vanuit de alarmcentrale in Den Haag bewaakt Marie de kwaliteit van de behandeling die de patiënten ter plaatse krijgen en adviseert ze persoonlijk hulpverleners – die het aanspreekpunt zijn voor de patiënt – en lokale behandelaars. “Is iemand bijvoorbeeld ziek geworden in the middle of nowhere, waar de kans op goede zorg nihil is? Dan geef ik akkoord om de persoon met een ambulance, helikopter of air-ambulance naar een goed ziekenhuis te brengen.”.
Zijn er evacuaties, repatriëringen of andere spoedeisende zaken? En in welke tijdzone bevinden de patiënten zich? Dat bepaalt welk dossier Marie als eerste oppakt. De meeste dagen beginnen dan ook met Azië en Australië. “In het begin googelde ik dan steeds ‘what time is it in Bangkok’ of iets dergelijks. Inmiddels weet ik overal ter wereld hoe laat het is”, lacht ze. Maar dat is niet het enige dat ze heeft geleerd. “Mijn kennis van de algemene geneeskunde groeit elke dag. En dat geldt niet alleen voor mij. Collega’s die hier al vijftien jaar werken hebben dat gevoel nog steeds! Over bijzondere dossiers kunnen we in ons zeskoppige artsenteam goed sparren. Je staat er niet alleen voor.”.
Is het niet vreemd om nooit patiënten te spreken? Nee, vindt Marie. “Ik dacht in het begin wel dat dat gek zou zijn, maar eigenlijk lijkt het op het werken in de kliniek. Daar is de verpleegkundige vaak het eerste aanspreekpunt voor de patiënt. Hier is dat de persoonlijk hulpverlener. Daardoor kan ik als arts helemaal opgaan in het redeneren, puzzelen en klinisch nadenken over hoe een patiënt een goede behandeling kan krijgen. Uiteindelijk gaat het erom dat iemand weer veilig terugkomt in Nederland en daar zetten we ons samen voor in. Soms komt er via de mail dan nog een complimentje voor ons binnen. Dat is dan de kers op de taart.”.